Dominantieprofiel, een term die Natasja en ik dagelijks gebruiken en ook het uitgangspunt is van veel wat wij doen in ons gezamenlijke werk. Zeker bij de Kernopleiding Beelddenken. We besteden er een hele dag aan. Dus dan weet je wel wat het is. Nou ja, wat wij ermee bedoelen. Want dat je hetzelfde woord gebruikt, wil niet zeggen dat je er ook dezelfde betekenis aan geeft. Iets waar in de communicatie tussen beelddenkers en taaldenkers regelmatig wat mis gaat.
Daarover binnenkort meer.

Waar denk jij aan bij het woord: Dominantieprofiel?

Eigenlijk is dat de eerste vraag die we tijdens een cursusdag moeten stellen. We gaan altijd uitleggen wat wij ermee bedoelen, maar vergeten dat zeker beelddenkers er zelf al een beeld bij hebben gemaakt. Als je daar naar gaat vragen, krijg je interessante antwoorden. Dus ik vroeg een aantal bekenden: Waar denk je aan bij het woord dominantieprofielen?

De één: “Tjonge, wat een vraag. Heeft dat met auto’s te maken? Profielen van banden ofzo. Slaat nergens op. Ik heb geen idee.”

De ander: “Ook geen term die ik gebruik hoor. SM? Ja, dan vertaal ik het naar dominant, en denk ik aan SM.” Krijgen de termen bottum-up en topdown ook een hele andere betekenis. 😉

Met beelddenkers in de zaal kun je je voorstellen dat het associëren nog niet afgelopen was.
Gelukkig is Encyclo.nl er ook nog en dan merk ik dat het blijkbaar geen woord is uit een woordenboek. Dan moet ik gaan zoeken op dominant en profiel:
Dominant: als iets of iemand meer invloed of macht heeft dan de rest.
Profiel:  1) gezicht dat je van opzij ziet 2) beschrijving van iemands eigenschappen 3) oppervlak van ribbels en putjes en dergelijke (bandenprofiel)

Dat maakt ons dominantieprofiel, met een overzicht van je dominante zintuigen, dan een beschrijving van iemands eigenschappen waarbij de ene meer invloed heeft dan de ander. Dat profiel zetten wij voor je op papier, met uitleg en wat de dominantie dan voor gevolgend heeft voor hoe jij leert en denkt. Dat vraagt toch nog om wat meer uitleg.

Wat is een dominantieprofiel bij Het Beelddenkende Brein?

Beelddenken v.s. taaldenken

Je dominantieprofiel is de basisuitrusting die je bij de geboorte van je vader en moeder hebt meegekregen en die blijft je hele leven hetzelfde. Je leer-DNA. Je dominantieprofiel bestaat uit de combinatie van je dominante hersenhelft en je dominante zintuigen. Hierbij bepaalt je dominante hersenhelft hoe je informatie verwerkt en je dominante zintuigen welke informatie voorrang krijgt in het gedachteproces. Tijdens de basisschooltijd denk je vooral met je dominante hersenhelft. Als je ouder wordt ontwikkelt je brein steeds verder en kun je steeds gemakkelijker gebruik maken van al je hersenfuncties en gaan je hersenhelften steeds beter samenwerken. Als je stress hebt of je moet iets nieuws leren, val je weer terug op je basisuitrusting. Het blijft dus wel een belangrijke rol spelen, ook als je volwassen bent. Hoe hoger je intelligentie, des te sneller je brein ontwikkeld en des te eerder je hersenhelften kunnen samenwerken. Maar dat wil niet zeggen dat je altijd alles zomaar kan. Maar wel dat je het kunt leren. En dat je dan weet of dat via de beelddenkmanier of de taaldenkmanier het makkelijkst gaat.

Nut

En daarmee komen we dus ook bij het nut van het weten welke zintuigen bij jou dominant zijn. Welke informatie dus voorrang krijgt bij de verwerking. Als beelddenker moet je het beeld in je hoofd compleet zien te krijgen. Leer jij auditief dan heb je niet voldoende aan een voorbeeld of plaatje maar moet daar ook geluid (gesproken woorden) bij. Zo lees ik mezelf hardop voor als ik goed wil lezen en begrijpen wat er in een tekst staat. Sinds ik weet dat ik auditief leer, scheelt me dat heel veel leestijd. Door gebruik te maken van muziek zorg ik ervoor dat ik mij veel beter kan focussen tijdens mijn werk. Maar zorg ik er ook voor dat ik niet uren onder de douche sta. Beelddenkers gaan over het algemeen wat flexibeler met tijd om dan taaldenkers. De indeling van tijd die we gebruiken en de structuur en orde die dat met zicht mee brengt, is echt bedacht door taaldenkers en dus perfect voor hen. Om te kunnen creeëren, heb je ruimte nodig. In je hoofd maar ook in tijd. Oplossingen voor ingewikkelde vraagstukken worden niet bedacht onder tijdsdruk, maar juist door daar even afstand van te nemen en je beelddenkende brein alle ruimte voor associëren en combineren te geven. Door je dominantieprofiel te bepalen, ken je jouw sterke kanten maar ook je zwakke en kun je daar optimaal gebruik van maken. Als het gaat om het verkrijgen en verwerken van zintuiglijke informatie: leren dus. Leren en het geleerde toepassen doe je elke dag. Bewust en onbewust. Taaldenker en beelddenker. Maar niet allemaal op dezelfde manier dus.

En zo is er nog veel meer hierover te zeggen. Maar dat doen we tijdens onze cursusdag Dominantieprofielen, waarbij je van harte welkom bent.

Cursusdag Dominantieprofiel

Deze dag maak je kennis met het dominantieprofiel; de basis van ons natuurlijke leerproces. Het dominantieprofiel is de combinatie van je breinvoorkeur en je dominante zintuigen. Deze dag leer je:

  • Hoe verschillend beelddenkers en taaldenkers informatie verwerken
  • Wat de invloed van de dominantie van de zintuigen is
  • Of iemand visueel, auditief of kinesthetisch leert
  • Hoe je een dominantiepatroon kan vaststellen
  • Wat de sterke en zwakke punten zijn van je dominantiepatroon
  • Inclusief de 32 verschillende handleidingen zodat je per persoon de basisuitleg hebt van zijn leerpotentie.
  • De optimale plaats in de klas voor elke leerling
  • Waar je op kunt letten als je deze personen lesgeeft, mee samen werkt of op de werkvloer tot zijn recht wil laten komen.
  • Werkrichtingsmoeilijkheden