Ervaringen op het Kind in Kracht Atelier
Omdat we voor mijn beide kinderen geen passend onderwijs konden vinden in de regio, ben ik het zelf maar gaan doen. Niet alleen passend onderwijs maar ook passende zorg. En zo is het Kind in Kracht Atelier ontstaan. In twee blogs beschrijf ik het waarom, onze werkwijze en het succes. Dit is deel 2.
Zoals gezegd is het K.i.K.Atelier ontstaan omdat mijn beide jongens een plek nodig hadden om zich op hun eigen manier te kunnen ontwikkelen. En waar ik als moeder en vooral professional met hen kon uitzoeken wat die manier dan is. Want uiteindelijk wilden ze gaan studeren of een beroepsopleiding doen. Dus weer naar school.
Mijn aanpak is sindsdien als volgt: eerst rust. En dat doen waar je goed in bent. Een thuiszitter heeft vaak al zo lang te horen gekregen waar ze allemaal niet goed in zijn, waar ze aan moeten werken, dat ze geen idee hebben waar ze dan wel goed in zijn. En ook geen energie meer hebben om überhaupt nog iets te doen. Kom ik dan met: wat vond je vroeger leuk? Zullen we daar beginnen? Dat komt er ineens een hoop energie los. Anderen hebben juist als ze op het atelier komen zoiets van: eindelijk mag ik doen wat ik kan en leuk vind. Waar begin ik?
Ontstressen en opkrabbelen
Een bekend patroon is dat na de eerste maand of twee de adrenaline weg valt en het kind inzakt. Vaak ook ziek wordt. Het ontstressen gaat beginnen. Wij hebben op het atelier dan ook niet voor niets een bedbank. Kun je even gaan liggen als het niet meer lukt. Ook natuurlijk om lekker te gaan liggen lezen of tv kijken. Er volgt een periode van ups en downs waarbij wij als coaches vooral observeren. Wat komt eruit, wat moet eruit, hoe diep zit het trauma. Eigenlijk gewoon rustig wachten tot het kind aangeeft dat wij wat mogen doen. Een periode van veel wandelen, spelen, koken en bakken, ‘doen’ vooral. Zolang het maar helemaal niets met school te maken heeft. Een reden waarom een boek lezen meestal geen optie is. Dat lijkt op school.
Mijn oudste zoon heeft vooral veel Youtube gekeken, gegamed, is Tabletop Rollplaying-games off- en online gaan spelen, scenario’s voor deze spellen gaan schrijven (in het Engels), is weer gaan tekenen (inclusief tekenlessen van een bekende Gaanderense kunstenares) en ontwierp ook skins voor karakters die door anderen in online spellen werden gespeeld. Hij bouwde online een heel netwerk op waar hij ook veel hulp vond. Daar kon hij zich voor het eerst van zijn leven spiegelen aan peers, praten over wat hem dwars zat en was overkomen al die jaren op school en thuis. Hij was niet alleen én dag en nacht was (is) er iemand beschikbaar als hij het nodig heeft. Zijn ontstress proces bracht hem in een hele diepe depressie. Waar we hem met hulp van zijn talentbegeleider en die online vrienden weer uit hebben gekregen. Wat hem daarbij helpt is heel erg over zijn grens gaan, door bijvoorbeeld naar Engeland te gaan en daar een paar online vrienden te gaan bezoeken. En ook een Comicon conventie. Terwijl hij verder nauwelijks zijn kamer uitkwam. En ja, leg dat maar eens uit aan een leerplichtambtenaar bijvoorbeeld. De onze snapte dat niet. Als ie dat kon, kon school ook. Heel erg dankbaar dus voor het artikel van Wanda.
Ieder kind z’n eigen weg
Mijn jongste zoon is een ander kind en volgde dus ook een iets andere route. Hij is een kind dat zich aanpast en vooral niet laat merken dat het niet gaat. Hem hebben we tegelijk met zijn broer thuisgehouden. Dus de schade is iets minder, zou je zeggen. Hij begon eerst enthousiast met op het atelier allerlei dingen te doen. Had al een tijd bijles voor wiskunde (nou ja, les) en daar wilde hij graag mee door gaan. Want met haar lukte het wel. Tot aan de zomervakantie heeft hij dat gedaan. In die vakantie kreeg hij het syndroom van Bell (aangezichtsverlamming). Daarmee startte zijn ontstressings-traject. Ook hij zocht zijn heil online en in gamen. Maar ook in andere dingen, zoals koken. Mijn beide kinderen hebben we betrokken bij het huishouden. Want ze wilden best wat doen en dat kon. Mijn jongste ging ook mee naar het K.i.K.Atelier toen dat op de huidige locatie kwam en ontpopte zich daar als heuse conciërge en nu zelfs manager. In voorbereiding op de VaVo, waar hij dit jaar met een aantal vakken VWO begonnen is, heeft hij op het Atelier een aantal vakken zelf en met hulp gevolgd. In zijn eigen tempo, op zijn eigen manier om zo langzaamaan te ontdekken dat hij wel kan leren. Niet dom is dus. Niet in de stress hoeft te schieten als het niet lukt, maar om hulp kan vragen. Hij een beelddenker is (Natasja Esmeijer: Beelddenkers, als kwartjes vallen) en vanwege zijn dominantieprofiel heel anders leert. Vooral bij Wiskunde heeft hij echt zijn eigen manier van rekenen. En dat moet echt topdown anders snapt hij het niet. Helaas bestaat daar geen methode voor. Wat ook helpt, is dat op de VaVo alle poespas weg is. In een jaar tijd rond je 1 vak af, doe je examen en klaar. Ja, het is aanpoten. En als je dan van Havo 2 naar VWO 6 gaat, kan het niet anders dan dat je de nodige hobbels tegen komt.
Persoonlijk vind ik dat mooi om te zien: mijn kinderen lopen tegen dezelfde dingen aan als alle andere pubers. Huiswerk maak je op het allerlaatste moment, agenda is niet nodig, hulp vragen doe ik wel maar niet te veel hoor. Enne…het gaat vooral over wie er in de klas zit en of er meiden bij zijn. Die leuk zijn en mogelijk zelfs interessant om eens mee te daten. Vrienden hadden ze al voldoende dus daarvoor is school niet nodig.
Spruithuis, leerhuis, werkhuis
In het K.i.K.Atelier hebben we structuur aangebracht door huizen te creëeren. Mijn zoons waren onderdeel van het leerhuis. Basisschoolleerlingen vallen onder het spruithuis. En dan is er het werkhuis. Er zijn namelijk ook thuiszitters met een diploma. Het zijn jongeren die op de een of andere manier wel een diploma of startkwalificatie hebben. En dus voor de leerplichtwet geslaagd zijn en aan hun glansrijke carrière kunnen beginnen. Was het maar zo’n feest. Vandaar dat ik ze ook thuiszitters noem.
Een diploma dat niet past bij je kwaliteiten, dat geen recht doet aan je leer-capaciteiten, dat je gehaald hebt door op je tenen lopend vol te houden tot het eind. Zodat je na de finish eindelijk kunt instorten. En dat gebeurt dan ook.
Dan begint hetzelfde traject als voor een kind dat op school al uitvalt. Met dit verschil: je krijgt passende hb, hsp en beelddenkhulp heel moeilijk gefinancierd. Want dan val je ineens in hele andere hokjes. Bot gezegd: niemand kan het meer wat schelen. Niet echt.
Thuiszitter met diploma
Op het K.i.K.Atelier heb ik een jongeman binnen gehaald die zo’n thuiszitter was. De eerste keer dat ik hem ontmoette, was mijn eerste indruk: die heeft het al heel lang opgegeven goed voor zichzelf te zorgen. Überhaupt ergens voor te zorgen. Hij kon wel een beetje wat met computers. Websites enzo. Op dat moment waren mijn collega Natasja en ik bezig met het opzetten van Samen Sensitief Sterk en Samen Sensitief Jong. Daar hadden we een website voor nodig. Ik zeg iets vaags hierover tegen hem met de woorden: snap je wat ik bedoel? Moet ik er even bij vertellen dat mijn beelddenkbrein vaak niet begrepen wordt door taaldenkers. Wat ik toen uiteraard nog niet wist, want dit is ongeveer 3 jaar geleden. Toen bestond het handige boek van Natasja nog niet.
Dus ik roep iets vaags, hij rammelt even op zijn laptop en zegt: bedoel je zoiets? Had ie al even een opzetje voor een website gemaakt. Je snapt mijn verbazing. En ik zag meteen: deze jongeman heeft een gigantisch talent. En ik heb hem een deal aangeboden: hij ging mijn website doen en nog meer van dat soort dingen. Dan ging ik hem helpen om richting een baan te komen. Nou ja, eigenlijk van overleven naar leven te gaan.
Gaandeweg bleek hij nog veel meer talenten te hebben. Hij viel zelf tientallen kilo’s af. Ging dus beter in zijn vel zitten: letterlijk en figuurlijk. Zijn totale verzorging van hemzelf ging er met 200% op vooruit. Hij ontdekte door zijn manier van afvallen dat hij koken leuk vindt. Menig lunch op het atelier kwam van zijn hand. Hij trok hierin mijn jongste zoon mee. En hielp hem ook afvallen. Dus hij blijkt ook nog eens heel goed mensen te kunnen ondersteunen en motiveren. Dat computerwerk ging hij steeds minder leuk vinden. De opleiding in die richting die hij eerst wilde doen, ging het niet worden. Door mijn coaching kwam hij erachter dat hij eigenlijk altijd al kok of zoiets wilde worden. Het computerwerk was hem aangepraat eigenlijk. Want dat kan hij zo goed.
Koken dus. Daarmee kwam er ook een einde aan zijn tijd op het atelier. Hij was klaar voor de volgende stap. Die hij helemaal zelf moest zetten. En dat duurde nog wel even. En zo ineens ging het wel: hij had zelf gesolliciteerd voor een baan in een keuken van een restaurant. En was aangenomen. En gaat ook een opleiding doen. Super gaaf, als je een jongeman die zo de weg kwijt is, zo geen toekomst voor zichzelf ziet, weer op weg mag helpen.
Een concept dat werkt.
Het K.i.K.Atelier met zijn huizen heeft nu een concept ontwikkeld dat werkt. De combinatie van de theorie op papier gezet door Natasja en de praktijk die ik vorm geef, is een gouden vondst. En heeft heel veel mogelijkheden. Op dit moment hebben we een jongeman die we hebben begeleid naar een andere baan en een opleiding. Dat opleiding is nu afgerond, zijn baan helaas ook. Hij weet ondertussen steeds beter wat hij kan en ook wat hij wil: een meer afwisselende baan en op zichzelf wonen. En dus gaan we samen deze uitdaging aan. Zo geeft mijn jongste zoon zijn kookkunsten weer door aan deze jongeman.
Ook zijn we begonnen met het doorgeven en dus eigenlijk opleiden van beelddenkprofessionals. Sommigen volgen daarvoor de cursus, anderen hebben een ontwikkelplek en leren de kneepjes vanuit de praktijk. We hebben een moeder die dit doet. Enerzijds om bij zichzelf te ontdekken hoe anders ze haar leven in wil richten. Wat ze met al haar kennis en kunde zou kunnen doen. Ik zie haar al als toekomstige collega op het Atelier. Anderzijds leert ze nu hoe ze anders met haar eigen kroost om kan gaan zodat haar beelddenkers in ieder geval de opvoeding krijgen die bij hen past. Blije kinderen zijn blije ouders. Daar gaat het om. En dat is wat we in ieder geval met onze methode kunnen beloven. Als je ons, jezelf en je kinderen de tijd geeft om zover te komen. Wij werken namelijk duurzaam, dus gericht op veranderingen in je manier van leven. Dat gaat niet vanzelf en kost tijd, maar daar geniet je veel langer van. Investeren in jezelf. Omdat je jezelf heel serieus neemt.